‘Het geheim van het christelijk geloof is alleen dat je ondanks je eigen tekortkomingen door het woord van God zo wordt geleid dat je zicht krijgt op het leven. Als christen mag je in deze wereld met verve een boodschap brengen, dat heeft met betweterigheid niets te maken.’[1]
Meindert Leerling (1936-2021) was de eerste partijleider die er in 1981 in slaagde met de Reformatorische Politieke Federatie met twee zetels in de Tweede Kamer te komen. De partij bestond toen pas zes jaar en was opgericht door kritische ARP-leden die de fusie met de ‘katholieken’ in het CDA-in-wording niet zagen zitten. De RPF streefde niet naar de macht, maar wilde vooral zonder compromis hun beginselen uitdragen. Voor Leerling stonden de christelijke idealen voorop. Zo was Leerling kritisch op abortus en euthanasie.

Meindert Leerling. Foto Marcel Antonisse, Nationaal Archief / Anefo
Leerling was voordat hij de politiek in ging (sport)journalist, in deze functie was hij ook betrokken bij de oprichting van de Evangelische Omroep. Deze omroep gaf de RPF later ook regelmatig een podium. De partij werd daarom ook wel eens spottend ‘EO in de Kamer’ genoemd.
Van 1982 tot aan 1985 zat Leerling samen met Aad Wagenaar voor de RPF in de Kamer. In 1985 ontstond er een conflict tussen beiden, met als gevolg dat Wagenaar zich afsplitste. Mede als gevolg daarvan verloor de RPF bij de verkiezingen in 1986 een zetel en moest Leerling als eenmansfractie verder. Desondanks stond Leerling bekend als een bedreven parlementariër en haastte hij zich regelmatig van vergadering naar vergadering.
De RPF stond in de jaren tachtig samen met GPV en SGP bekend als klein rechts. Leerling koesterde reactionaire denkbeelden en niet alleen op het gebied van ethische vraagstukken. Zo verzette hij zich tegen emancipatie, was hij voor uitsluiting van gehuwde of samenlevende homoseksuelen en meende hij dat rooms-katholieken de partij niet konden vertegenwoordigen.[2] Toch sprak Leerling zich in tegenstelling tot de SGP wel uit tegen de apartheid.
In 1994 werd Leerling opgevolgd door Leen van Dijke, die stond voor een modernere politiek die de weg vrijmaakte voor de fusie met de GPV.